Over enkele weken barst er weer een hele periode van voetbalgekte los, waarin zelfs de grootste leken zich omtoveren tot echte kenners en fans. In aanloop naar dit WK, in Qatar, horen we echter ook heel andere geluiden: sportbars die de matchen niet zullen uitzenden en zwarte shirts als protest bij de Deense nationale ploeg. Wat is er aan de hand met het WK Qatar?
Het begon al bij de toewijzing van het wereldkampioenschap aan de kleine staat twaalf jaar geleden. Qatar heeft het prestigieuze toernooi binnengehaald door er veel geld tegenaan te gooien. Dat geld werd ontvangen door enkele toppers binnen FIFA: fraude dus. Qatar wordt als land regelmatig op het matje geroepen voor mensenrechtenschendingen, de keuze ervan als gastland zorgde dus voor opgetrokken wenkbrauwen. En door het warme en droge klimaat van de golfstaat zal de organisatie van het WK een enorme milieu- en klimaatimpact hebben, door de grote hoeveelheden water en energie nodig om de grasmatten groen te houden en de stadions voldoende koel.
Qatar moest extra sport- en hotelinfrastructuur en zelfs bijkomende steden bouwen om het WK op poten te zetten. De keuzes die het land daarvoor maakte, lieten een spoor van schade en uitbuiting achter. De krant The Guardian stelt dat tijdens de opbouw meer dan 6.750 arbeidsmigranten uit onder andere India, Pakistan, Nepal, Sri Lanka en Bangladesh overleden. Enorm veel bouwvakkers - jonge, gezonde mannen - overleden plots aan hart- en longfalen. Qatar ontkent dat het hier om arbeidsongevallen gaat, ze overleden immers naast de werf. Het is echter op die werven dat de bouwvakkers dagen achter elkaar bleven werken in een verzengde hitte, ondanks een werkverbod voor de heetste uren van de dag. Daarnaast was er het kafala-systeem, een sponsorsysteem dat de arbeidsmigranten wettelijk bindt aan de mensen die hen in dienst nemen. Het systeem verhinderde dat werknemers van baan veranderden of het land verlieten zonder toestemming van hun werkgever: ze zaten dus vast en hadden weinig rechten. Nu de hotels en stadions er staan, zullen er weer grote groepen arbeidsmigranten aan de slag gaan om de hotels te bestieren, de kamers schoon te maken en de gastvrijheid en het comfort te voorzien die internationale bezoekers verwachten. Het zijn vooral vrouwen die deze jobs invullen, en zij zijn bijkomend kwetsbaar als het gaat om grensoverschrijdend gedrag op het werk.
Nationale en internationale vakbonden en ngo’s hebben de afgelopen jaren bergen werk verzet om de schendingen tegen te gaan en schade recht te zetten. Vakbonden uit de vertreklanden, zoals de Nepalese vakbond GEFONT (zie onder), stonden mensen voor en na hun vertrek bij met raad en daad door hen ook in Qatar te organiseren, ondanks het verbod op vakbonden daar. Het Internationaal Vakverbond voerde drie jaar lang gesprekken met FIFA, die helaas te weinig concrete veranderingen opleverden. Ze trokken vervolgens naar de werkkampen in Qatar om getuigenissen te verzamelen, waarmee advocaten aan de slag gingen. Het corrupte rechtssysteem vormde echter een obstakel en de Qatarese overheid was niet bereid tot gesprekken, waardoor de info publiek gemaakt werd via een publicatie en een klacht ingediend bij de Internationale Arbeidsorganisatie. Uiteindelijk engageerde Qatar zich om de arbeidswetgeving aan te passen, wat leidde tot het einde van het kafala-systeem, minimumlonen voor arbeidsmigranten, comités van werknemers en het oprichten van arbeidsrechtbanken. Het systeem is niet perfect, maar de arbeidswetten zijn er nu wel. De grote uitdaging is de uitvoering en het afdwingen ervan, ook en vooral wanneer na het WK de ogen van de wereld niet langer gericht zullen zijn op Qatar, en de internationale verontwaardiging en druk zullen wegebben.
Het is belangrijk om Qatar niet als de uitzondering op de regel te beschouwen. Dit soort internationale (sport)evenementen vergen altijd grootschalige voorbereidingen en dikwijls bijkomende infrastructuur. Het zijn vaak migranten die worden aangetrokken om dit extra werk uit te voeren, maar zij kunnen niet op dankbaarheid of een respectvolle behandeling rekenen. Er zijn lage lonen, beperkte veiligheid en soms echt uitbuiting. In België en verschillende andere Europese landen wordt volop druk gezet op onze beleidsmakers om een wet aan te nemen die bedrijven verplicht verantwoordelijkheid te nemen voor hun bedrijfsactiviteiten, ook als ze plaatsvinden in een ander land dat haar eigen inwoners onvoldoende beschermt, zoals bijvoorbeeld Qatar. Als zij besluiten de rechten van werkende mensen of milieunormen met de voeten te treden, kunnen ze bestraft worden door de rechtbank. Dit heet verplichte ketenzorg. Het WK in Qatar toont aan dat zo’n wetgeving broodnodig is. WSM wil dat een WK een echt sportfestijn kan zijn, zowel voor de mensen voor als achter de schermen.
Smritee Lama is vakbondsleider bij de vakbond GEFONT in Nepal. GEFONT is een gerespecteerde partnerorganisatie van WSM en ACV. In oktober was zij op bezoek in België op uitnodiging van WSM. Zij geeft alvast de volgende boodschap mee aan de voetballers en supporters. Smritee: “Mijn grootste wens is dat alle voetbalteams in Qatar goed spelen en winnen. Ik ben zelf ook een voetballiefhebber: het is de enige sport waarvan ik de spelregels begrijp. (lacht) Ik ga ook supporteren. Ik wil mijn plezier dus met jullie delen, maar ook mijn respect voor de rechten van arbeiders. Dus eens je als speler of supporter een stadion betreedt, besef dan dat het gebouwd werd met levens van arbeidsmigranten. Heb respect voor het leven van deze mensen. Respecteer hun werk, dat onder heel moeilijke omstandigheden plaatsvond. En respecteer ook de arbeidsmigranten in je eigen land.”
Foto bovenaan © Flickr | ILO Apex Image
Foto Smritee Lama © Guy Puttemans | WSM