De coronapandemie toont nog maar eens het gebrek aan sociale bescherming in Peru en bij uitbreiding in Latijns-Amerika. Het overgrote deel van de Latijns-Amerikaanse bevolking werkt in de informele economie en heeft geen of amper toegang tot sociale zekerheid of gezondheidszorg, laat staan tot een pensioen. Eind vorig jaar nam Peru een wet aan die bepaalt dat alle mensen toegang krijgen tot een universeel gezondheidssysteem. Maar dit systeem staat nog lang niet op poten.
Om de verspreiding van het virus in te dijken past de Peruaanse overheid een strategie van sociaal isolement toe: iedereen moet thuisblijven. De maatregel heeft helaas een grote invloed op gezinnen met een laag of onregelmatig inkomen, zo’n 75% van de bevolking. Wie geen stabiel loonsysteem heeft of lid is van een vakbond, heeft in deze periode geen inkomen om te overleven. Een kwestie die in de media te weinig wordt toegelicht.
Om het grote percentage van de informele economie te verklaren, wijzen werkgevers naar de starre arbeidsmarkt. Ze maken evenwel zelf deel uit van het concurrentiële speelveld dat vakbondsvorming, minimumlonen, collectieve onderhandelingen en sociale bescherming ondermijnt. Zelf geven ze aan een flexibele arbeidsmarkt te willen om informaliteit en (jongeren)werkloosheid aan te pakken. Er is echter geen garantie dat een zelfregulerende markt stabiele banen met sociale bescherming en waardige lonen zal creëren, dat stelde Polanyi in 1944 al. Neoliberale globalisering zorgde tot nu toe vaak voor onzekere werkgelegenheid en een grotere ongelijkheid in levensstandaarden en inkomens.
Om sociale uitsluiting, ongelijkheid en armoede te bestrijden is sociale bescherming een cruciaal politiek instrument. Programma’s voor sociale bescherming zijn dan ook essentieel in het bereiken van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s) van de Verenigde Naties.
Ondanks eisen van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) biedt Peru voorlopig onvoldoende sociale bescherming: het minimumloon waar nationale vakbonden en arbeidersorganisaties naar streven, de naleving van de ISO 26 000-norm voor arbeidsrechten en een gezondheidsstelsel voor ouderen ontbreken nog. Deze doelgroep kan nochtans zwaar getroffen worden door de coronapandemie.
Het coronavirus en de maatregelen errond kunnen een enorme impact op de gezondheid hebben aangezien gezondheidssystemen in Latijns-Amerika vaak onvoldoende dekking bieden. Zo is er in Peru slechts twee procent van de nodige bedden op intensieve zorgen beschikbaar om een verergering van Covid-19 aan te kunnen.
Peru wil economische groei realiseren op basis van concurrentie. Maar dit model creëert die geen waardige banen of inkomens. Het leidt tot corruptie, belastingvoordelen en vervagende arbeidsnormen om investeerders aan te trekken.
Het gebrek aan sociale bescherming voor werknemers en de onzekerheid voor hun levensstandaard is een aanval op de democratie: zonder sterke vakbonden en toereikende lonen verliezen arbeiders het vermogen om een tegenwicht te vormen, iets wat noodzakelijk is in een democratisch regime.
Door Raúl Luna Rodríguez, GRESP - Peru