Al meer dan 3 jaar werken ACV-centrale Voeding en Diensten, WSM en ACV-CSC International samen aan de duurzaamheid van de cacaowaardeketen. We focussen op verplichte ketenzorg, waarbij bedrijven de arbeidsomstandigheden, mensenrechten en het milieu in de volledige keten van de cacao- en chocoladesector moeten respecteren.
We begonnen met een groep vakbondsafgevaardigden en –secretarissen van grote chocoladebedrijven in België – Cargill, Barry Callebaut en Mondelez - en vormden hen rond verplichte ketenzorg. Hoe kunnen zij via het sociaal overleg invloed hebben op de omstandigheden waarin de cacao die onze onderneming gebruikt, gemaakt werd? Dat is geen simpele opdracht, want hoe kunnen we beter op de hoogte zijn van wat de cacaoboeren, de eerste schakel van de keten, en andere tussenpersonen werkelijk meemaken? Daarom brachten we onze partners aan het begin en aan het einde van die keten samen.
Bovendien vond in april in Brussel de vijfde Wereldcacaoconferentie plaats, met als centraal thema ‘meer betalen voor duurzame cacao’. Een ideale gelegenheid om drie leden van onze partnerorganisaties uit de Dominicaanse Republiek, werkzaam in de cacaoteelt uit te nodigen en deel te nemen aan het debat: Pedro Salazar en Gregoria Abreu Rojas van CASC (Confederación Sindical Clasista (Klassiek Vakverbond)) en Flor Maria Brioso Mercedes van CONAMUCA (Confederación Nacional de Mujeres Campesinas (Nationale Confederatie van Landbouwvrouwen)). Ook de vakbondsafgevaardigden en -secretarissen van Voeding en Diensten waren natuurlijk aanwezig. Naast de conferentie was er ook een uitgebreid programma met uitwisseling, ontmoetingen en bedrijfsbezoeken. Dit is wat onze gasten vertelden:
Pedro Salazar is cacaoboer in de Dominicaanse Republiek. Op een lap grond van 14 hectare verbouwen hij en zijn familie sinds meerdere generaties cacaobomen. Op een jaar tijd levert hem dat 6000 kg cacaobonen op. ‘Dat zou veel meer kunnen zijn, maar we ontberen de technische middelen om meer te oogsten. We hebben geen geld om daar in te investeren. Vrijwel alle werkzaamheden verlopen manueel.’
Pedro beseft dat je samen meer gedaan krijgt. Daarom is hij lid van de Dominicaanse vakbond FEDELAC (Federacion Dominicana de Ligas Agrarias Cristiana), gelinkt aan CASC, die opkomt voor de rechten van de werknemers uit de landbouwsector. En is hij bestuurslid van de cacaocoöperatie COPROAGRO. Die coöperatie verenigt 2400 cacaoboeren. ‘Via de coöperatie proberen we een betere prijs af te dwingen. Want dat is het grote probleem. We krijgen veel te weinig voor onze cacaobonen. Je kan er amper of niet van leven. De coöperatie heeft een EU-certificaat weten te bekomen. Daar zijn voorwaarden aan gekoppeld. Er wordt bijvoorbeeld streng op toegezien dat er geen kinderarbeid is en dat er niet illegaal tropisch regenwoud wordt gekapt voor bijkomende plantages. En we werken zonder chemische producten.’
‘Het is mijn eerste keer in Europa. Tijdens dit bezoek probeer ik mensen bewust te maken dat cacaoboeren een veel te laag inkomen hebben. De prijs die we krijgen voor onze cacaobonen is niet correct, zeker niet als je vergelijkt met wat er verderop in de keten verdiend wordt door chocoladebedrijven en speculanten. Dat is wraakroepend. We zijn als lokale producenten ook heel afhankelijk van het weer. De klimaatverandering brengt in de Dominicaanse Republiek extreme droogte met zich mee. Daardoor was de productie de voorbije seizoenen 30 à 40 procent minder. Dat betekent nog minder inkomsten voor ons, die niet worden gecompenseerd door een in verhouding hogere prijs. We hebben ook problemen met het transport. De wegen zijn in slechte staat. De overheid neemt zijn verantwoordelijkheid niet op. Gevolg van dat alles is dat kinderen van cacaoboeren niet in de streek blijven. Ze trekken weg naar de stad om daar werk te zoeken. Jullie koningin Mathilde hield op de openingsdag van de conferentie een bevlogen pleidooi voor een betere prijs voor de boeren en voor waardig werk. Ze stak ons daarmee een hart onder de riem. Hopelijk hebben haar woorden impact.
Ik ben heel blij deel te kunnen uitmaken van het ketenzorgproject van ACV en WSM. De uitwisseling met de ACV-militanten was heel verrijkend, net als de bezoeken aan de chocoladefabrieken van Barry Callebaut in Wieze en Natra in Malle. Fijn om te zien wat er verderop in de keten gebeurt met onze cacaobonen. Er gaat veel geld rond in de cacaosector. De lokale cacaoboeren hebben recht op een groter deel van de koek.’
Flor Maria Brioso Mercedes is voorzitter van de regionale afdeling van CONAMUCA, een organisatie van boerinnen in de provincie Monte Plata. Een dynamische groep vrouwen die zich verenigen en organiseren om hun rechten te verdedigen en hun eisen onder de aandacht te brengen. Van de meer dan 500 leden die actief zijn in hun regio, zijn er 160 cacaoboeren. Ze staan voor veel uitdagingen, maar ze helpen elkaar om die te overwinnen: ‘Onze percelen liggen erg afgelegen in landelijke gebieden en de toegangswegen zijn erg moeilijk of onbestaand voor vrachtwagens. Daarom kunnen we onze producten niet gemakkelijk verkopen en krijgen we zelden bezoek van een landbouwkundige. Bovendien helpt het regionale beleid ons nauwelijks. CONAMUCA is voor ons een echte hefboom voor verandering en geeft ons veel steun. De organisatie doet er alles aan om ervoor te zorgen dat de stem van vrouwelijke producenten wordt gehoord om hun rechten te verdedigen.?Voor ons, boerinnen, biedt dit internationale WSM-ACV-project, waaraan we samen met CASC deelnemen, hoop op verbetering van onze landbouwomstandigheden en -praktijken. We zijn zo dankbaar voor wat er tot nu toe is bereikt. Onze oprechte dank gaat uit naar de groep die ons de kans heeft gegeven om tijdens een week van vergaderingen en conferenties te zien hoeveel sterker we samen zijn!? Voor mij was het de eerste keer dat ik naar Europa reisde, dus alles was een bron van leren en openheid.??De conferentie deed me beseffen hoezeer de wereld met elkaar verbonden is, vooral wat betreft de impact op de cacaoprijzen van milieurampen die plaatsvinden in Afrikaanse gewassen.??Ik werd me er ook van bewust dat vrouwen vaak zorgen voor dit gewas en dat de vrucht met veel winst wordt verkocht op de Europese markten.??Bezoeken aan bedrijven, chocoladewinkels, de stad Brugge en vooral de gesprekken die we mochten voeren met vakbondsactivisten en Belgische organisaties inspireerden me en gaven me nieuwe kennis.?We staan niet stil, de dag na onze terugkeer hebben we al een vergadering georganiseerd met onze regionale CONAMUCA-collega's om verslag uit te brengen over ons verblijf. We zijn ook van plan om binnenkort de kleine vrouwencoöperatie in Yamasa (waar deelnemer Gregoria woont, nvdr) te ontmoeten. Voor de reis naar België kenden we elkaar niet, maar nu gaan we elkaar helpen voor de toekomst.’
Gregoria Abreu Rojas, is voorzitter van een kleine, pas opgerichte coöperatie van vrouwelijke cacaoproducenten in de Yamasa-regio en actief lid van de CASC. In de regio Bonao bevindt zich een van de grootste en meest geconsolideerde coöperaties van het land, CONACADO, die een groot oogstcentrum heeft. Gregoria is al vele jaren lid. CONACADO koopt een groot deel van de cacaoproductie van de regio en zorgt voor de export. In het begin werd de aanwezigheid van CONACADO gezien als een geschenk uit de hemel. Hun vrachtwagens halen de producten rechtstreeks van de percelen en de geboden prijzen leken eerlijk. ‘Sinds mijn deelname aan deze uitwisselingsweek en de cacaoconferentie in België heb ik me afgevraagd hoe mijn coöperatie werkt en hoe transparant ze is. ?Tijdens de volgende algemene vergadering zal ik hen misschien om meer informatie vragen. Voordien had ik mijn streek nog nooit verlaten en had ik nog nooit in een vliegtuig gezeten. Het was een echt menselijk en cultureel avontuur voor mij. Elke ontmoeting, elk bezoek heeft me verrast en geïnspireerd en me zoveel gegeven. Ik wil dit alles gebruiken in ons lokale project. Het was kort, maar zo lonend en ik zal me altijd de bezoeken aan bedrijven herinneren die indruk op me maakten met hun productievolumes, ideeën voor productderivaten, logistiek enzovoort. Op onze eigen schaal gaan we ook onze ambachtelijke producten ontwikkelen en meer vrouwen in onze regio in staat stellen om voor hun gezin te zorgen. We willen onze hartelijke dank uitspreken voor deze uitwisseling, die het begin is van een nieuw avontuur dat onze partnerschapsbanden zal versterken en tot spannende samenwerkingen zal leiden.’
Tim De Meyst is ACV-afgevaardigde in de grootste chocoladefabriek ter wereld, die van Barry Callebaut in Wieze. Hij werkte 21 jaar in de productie als lijnoperator en viscositeitscontroleur. Sinds 2 jaar werkt hij in een R&D-team dat in samenspraak met klanten nieuwe recepten uitprobeert of bestaande recepten aanpast. ‘We verwerken cacaobonen uit heel de wereld en die proeven allemaal anders. Er is bijvoorbeeld ook veel vraag naar melkvervangers.’ Sinds vier jaar is hij syndicaal actief. ‘Zo ben ik samen met mijn collega Leen De Proost in het ketenzorgproject van ACV Voeding en Diensten, ACV Internationaal en WSM gerold, samen met de ACV-militanten van Mondelez uit Herentals en Cargill uit Moeskroen. We verwerken voor concurrerende bedrijven, maar zijn vakbondscollega’s onder elkaar.
Barry Callebaut heeft sinds 2016 een eigen duurzaamheidsproject ‘Forever Chocolate’. Met de achtergrondkennis die we via het ACV-project opdeden, stellen we in het sociaal overleg aan de directie pertinente vragen over de duurzaamheid in de keten. De CEO die onze fabriek aanstuurt kan niet op al onze vragen antwoorden en verwijst dan door naar de ‘due dilligence’-manager in Zurich. Dan steken we daar ons licht op.
Momenteel verkeren we in zwaar weer bij Barry Callebaut. Hoewel de onderneming meer winst boekt dan ooit, kondigde ze in september 2023 een wereldwijde herstructurering aan, waarbij wordt ingezet op meer digitalisering en automatisering. In Wieze en het magazijn in Lokeren verliezen 62 arbeiders en 249 bedienden hun job. In Halle verdwijnen 178 jobs. Gelukkig is het aantal naakte ontslagen beperkt. De directie verzekert wel dat de fabrieken hier blijven. De knowhow zit hier en er is ook de ‘Belgian chocolate claim’. Wil je kunnen uitpakken met je kwaliteitslabel ‘Belgische chocolade’, dan moet die in België gemaakt zijn. Momenteel steken we als vakbondsafgevaardigden heel veel energie in een goede begeleiding van werknemers bij de herstructurering. De vakbondsafgevaardigden van de andere vakbonden doen er schamper over dat we tegelijk bezig zijn rond duurzaamheid in de keten. Zij zijn daar niet mee bezig. Maar voor ons is het een en-en-verhaal. Je komt op voor de rechten van je collega’s hier en voor meer duurzaamheid in de keten. In zijn ‘Forever Chocolate’-plan gaat Callebaut onder meer het engagement aan dat de 500 000 cacaoboeren in de aanvoerketen een leefbaar inkomen moeten hebben. Doe je dat niet, dan zaag je als bedrijf en als sector de tak af waarop je zit. Het is aan ons als vakbondsafgevaardigden om er mee op toe te zien dat dit engagement realiteit wordt. De uitwisselingsmomenten die we hebben met cacaoboeren als Pedro maken het voor ons allemaal heel concreet. De cacaoconferentie en het ketenzorgproject zijn geen ver-van-mijn-bed-show.’
Michaël Duburcq is sinds 2005 supervisor bij Cargill chocolate Belgium en sinds vier jaar afgevaardigde in de ondernemingsraad. Cargill is een Amerikaans bedrijf dat gespecialiseerd is in de levering van voedingsingrediënten en actief is in meer dan 60 landen. Het heeft wereldwijd meer dan 150.000 mensen in dienst, waarvan ongeveer 300 in Moeskroen. Cargill Moeskroen produceert melk- en pure chocolade, in vaste vorm (chocoladedruppels) of in vloeibare vorm. De gebruikte cacao komt voornamelijk uit Ivoorkust, maar ook uit Ghana, Peru en Madagaskar. Betaalt het bedrijf de cacaoboeren een eerlijke prijs? “Ik denk dat Cargill in het verleden slechte pers heeft gehaald over dit onderwerp, dus moesten ze een inspanning leveren,” legt Michaël Duburcq uit. “Als Cargill-werknemer en consument die zijn verantwoordelijkheid wil nemen, kan ik alleen maar verwijzen naar de beloften van mijn werkgever over dit onderwerp en dus vertrouwen hebben in hun programma. Met een groep van het ACV kreeg ik de kans om deel te nemen aan de vormingen en het traject rond zorgplicht. Op de Wereldcacaoconferentie in Brussel kon ik producenten uit de Dominicaanse Republiek ontmoeten en met hen praten.”
“Wat ik meeneem van deze conferentie is dat er zoveel tussenpersonen zijn tussen cacaoboeren en chocoladefabrikanten dat het erg moeilijk zal zijn om een betere verloning voor cacaoboeren te verkrijgen. Toch heeft Tony's Chocolonely ons laten zien dat het mogelijk is. Waarom zou het voor ons dan niet mogelijk zijn? We hebben nog een lange weg te gaan en zullen hier blijven aan werken. We hebben onze Europese vertegenwoordigers nodig om de weg te wijzen.”
Dit bezoek van de Dominicaanse partners aan de partners in België was een bron van inspiratie. We creëerden banden en versterkten elkaar. We hebben nog een lange weg te gaan, maar deze ontmoeting had zeker al positieve effecten! We zijn benieuwd om te zien wat er verder gaat gebeuren ...
De getuigenissen van Pedro en Tim werden eerder gepubliceerd in Vakbeweging 996 (15 mei 2024), tekst door Patrick Van Looveren. De getuigenis van Michaël werd eerder geplucieerd in Syndicaliste 996 (15 mei 2024), tekst door Donatienne Coppieters.